Het auditorium van de Meldkamer Noord-Nederland in Drachten vulde zich dinsdagavond 14 oktober met lezers van de Leeuwarder Courant en andere geïnteresseerden. Tijdens de publieksacademie van de Meldkamer Ambulancezorg kregen zij een bijzonder inkijkje in een wereld die normaal gesloten blijft. Een echte rondleiding kon niet, maar de panelleden gaven met hun ervaringsverhalen een levendige indruk van hun werk. Tot drie keer toe klonk applaus uit de zaal. Als grote waardering voor de professionals in de ambulancezorg.
Moderator Kirsten van Santen leidde het gesprek met vier medewerkers: een verpleegkundig centralist, een uitgiftecentralist, een centralist planbare ambulancezorg en een ambulanceverpleegkundige. Vooraf klonk de live muziek door Hiske Overwijk. Ze zong een lied uit de voorstelling En ik dan? van Pier21. Het lied sluit naadloos aan bij de verhalen van de meldkamer ambulancezorg.
Zeg me precies wat er is gebeurd
Lisanne vertelde hoe zij als verpleegkundig centralist per dienst zo’n honderd meldingen aanneemt. “Voor me staan drie schermen vol informatie. Zodra ik weet wat er is gebeurd, stuur ik vaak al een ambulance de weg op. Tijd is cruciaal.” Haar stem is kalm en gecontroleerd. “De vraag die ik altijd stel is: ‘Zeg me precies wat er is gebeurd.’ Daarna volgt een stroom van vragen: wie, waar, hoe. Alles om snel te kunnen helpen. Korte en bondige antwoorden helpen om snel hulp in te zetten.”
Uit het publiek kwam de vraag waarom er altijd wordt gevraagd naar het adres van het noodgeval. “Kunnen jullie dat niet gewoon zien via de mobiele telefoon?” Niet altijd,” antwoordde Lisanne. “Iemand kan zijn locatievoorziening uit hebben staan of voor een ander bellen.”
Goede spreiding en dekking
Inge-Marije vertelt over haar rol als uitgiftecentralist. “Uitgifte is eigenlijk een totaal andere baan,” merkt Kirsten op. “Het is veel meer puzzelen.” Inge-Marije beaamt dat. “We letten op spreiding en dekking. Soms houden we een ambulance bewust in een bepaald gebied, zodat we overal in Noord-Nederland snel hulp kunnen bieden. Naast de ambulance kunnen we ook de traumahelikopter inzetten, of de Medic01, dat is de ambulancehelikopter die naar de Waddeneilanden vliegt en mensen naar het ziekenhuis vervoert.”
Paniek is besmettelijk, maar rust ook
De aanname- en uitgiftecentralist werken nauw samen met het team op de ambulance. “Hoe betreed jij het huis?”, vraagt Kirsten aan ambulanceverpleegkundige Sander. “Het eerste contact is belangrijk,” zegt hij. “Je stelt je netjes voor. Dat is het begin. En daarna: kalmte uitstralen. Paniek is besmettelijk, maar rust ook. Het helpt niemand als ik net zo in paniek raak als de mensen om me heen. Van buiten ben ik rustig. Van binnen niet altijd,” zegt hij met een glimlach. “Fascinerend,” zegt Kirsten. “Want je bent natuurlijk ook gewoon mens.” “Zeker,” antwoordt hij. “Maar het mooie is: ik kan iets doen. Ik kan de melder aan het werk zetten. Dat helpt vaak al enorm.”
Tjjd voor mensen
Linda werkte eerst op de spoedmeldkamer, net als Lisanne en Inge-Marije. “Nu ben ik overgestapt naar planbaar. De ene week werk ik op de meldkamer, de andere week werk ik als verpleegkundige op de ambulance voor middencomplexe zorg. Dat zijn vaak ritten naar de poli of het Rif, maar ook naar een hospice.” “Je stapt dus eigenlijk steeds een verhaal binnen,” zegt Kirsten. Linda glimlacht. “Precies. We hebben tijd voor mensen. Soms hoor je een heel levensverhaal, soms bied je alleen een luisterend oor. Het is maar net wat iemand nodig heeft. Als het nodig is doen we verpleegkundige handelingen, maar de begeleiding is minstens zo belangrijk.”
Nazorg
Er zijn meldingen die indruk maken. Daarbij speelt het bedrijfsopvangteam een belangrijke rol. Dit zijn collega’s die na een heftige melding contact opnemen om te vragen hoe het gaat. “Er is nu veel meer oog voor de nazorg dan vroeger,” geeft Linda aan. “Toen ik eind jaren negentig begon, was dat er niet.” Door de jaren heen is er veel veranderd. “Mensen hebben nu ook vrijwel altijd een mobiel bij zich. Daardoor wordt er sneller gebeld en wordt er vaker voor hetzelfde incident gebeld.” Kirsten: “Ik hoorde eens iemand zeggen: mensen bestellen een ambulance alsof het een pizza is.” Lisanne en Inge-Marije knikken. “Dat lijkt soms zo, maar mensen bellen altijd met een hulpvraag. En wij zijn er om die hulp te geven, of om door te verwijzen.”
De rust achter de hectiek
Het gesprek eindigt met verhalen die de professionals raken: een babyreanimatie, een jongvolwassene die je naar een hospice brengt of een inzet bij iemand die je persoonlijk kent. Ook uit het publiek klinkt een persoonlijke reactie: iemand vertelt hoe zij zelf hulp heeft ontvangen en hoe dat haar diep raakte. En opnieuw volgt applaus. Voor het werk, voor de menselijkheid en voor de rust achter de hectiek van de meldkamer ambulancezorg.